Oscar

‘Er zijn van die momenten in het leven dat je een stap verder moet. Jezelf weer eens moet gaan ontwikkelen zeg maar. Maar dan wel op het erudiete vlak als het ware, want anders blijft het zo oppervlakkig allemaal.’
Dat dacht het schaap, terwijl het gras stond te eten.
‘Hoewel, ik ben eigenlijk best wel erudiet genoeg, laat ik mijn frivole kant eens gaan aanpakken', dacht het kort daarop en vervolgens: ‘weet je wat: Ik Ga Iets Doen Alsof’.
Hier moeten we even pauzeren want het duurde meer dan een paar dagen voordat het schaap bedacht had wát hij wilde gaan doen, maar toen schoot het door hem heen:
‘een schaap dat zijn contactlensen zoekt, dat wordt hem!

En zo is het dus gekomen dat er tussen al die schapen die we vandaag de dag zien in de wei zien staan, er een staat te doen alsof ie zijn contactlensen zoekt.
Mocht je zulks overigens zien, laat dan een even bescheiden applausje klinken, dat zal het leuk vinden.
Een kort ‘bravo, Oscar!’ mag ook.

Want zo heet hij, het schaap.

Tikkie leaks

Mejuffrouw Bobeldijk, dank voor uw reactie. Echter is het met betrekking tot uw inbreng nog steeds onzeker, en daardoor aleatoir, en blijft het dus dubieus, zelfs gewaagd mogelijk zelfs gevaarlijk , wellicht hachelijk en sowieso onbeslist, op het onbestendige af in deze, ergo, op het randje van onvast zelfs, en daardoor mogelijk indirect onduidelijk, en mede ook nog daarom ongewis, of met andere woorden onvast, ten opzichte van de onveilig geworden precaire problematiek, of het riskant is geworden (en daarom twijfelachtig) of we het kunnen gaan oplossen met betrekking tot de gestelde deadline.
Vandaar mijn voorstel tot escalatie.
Zo kunnen we in iedergeval het borgen van de schuldvraag op een, níet, wankele, danwel wisselvallige, mogelijk aanvechtbare, waardoor als betwistbaar te beschouwen, leest gaan schoeien waardoor het geheel op een naar verwachting niet bedenkelijk mogelijk zelfs onbetrouwbaar - en daardoor equivoque - niveau zal komen te verkeren.

Dus nogmaals, escalatie, we hebben geen andere keus. Dat is de ellende van deze kwestie. Ze is geweldig kwestieus

1986

Voor onze lieve en gewaardeerde collega Geertje moeten we iets opschrijven vanwege haar 25 jarig- jubileum. Alsof zo een fijne bloemenbon al niet genoeg is. Denk aan alle prachtige passiflora die je er mee kunt aanschaffen. Maar goed, het zei zo en voor Geertje doe ik zoiets graag.
Vijfentwintig jaar, dat is best een tijd geleden. Laten we eens kijken, wat deden we toen ook alweer zo een beetje? Ach verdraaid dat is waar ook! Dat is het jaar dat ik voor de eerste keer de Elfstedentocht win herinner ik me plotseling. En of ik wil of niet- maar natuurlijk wil ik, anders moet ik iets uit mijn duim gaan zuigen- beginnen de herinneringen aan mijn geestesoog voorbij te komen.
En weet je wat Geertje, nu je dit toch aan het lezen bent, kijk even mee:
Direct na het startschot zien we dan dat ik kan aanpikken bij een zekere WA van Buren, ‘de dolle Soestdijker’ die vanwege zijn drieste start èn brede zitvlak bij veel wedstrijdrijders geliefd is. Weliswaar vooral geliefd om ‘bij uit de wind te zitten’, maar toch. Wel zitten er aan beide zijden van mij, en dus ook achter het koninklijk- breed- uitgemeten windvrije achterwerk van onze Willem, tevens al mijn rivalen voor de overwinning. Een man of acht. Dus een gelopen race is het bepaald nog niet.
Na een tijdje blaast de dikkont zich, zoals te verwachten, totaal op. Als een raket met een lekke brandstoftank klapt hij volledig uit elkaar.
Drie sterke rijders uit het oosten van het land nemen de kop over. Ook die mannen ken ik. Het zijn de niet al te slimme gebroeders Duim. Ik zet me vlug achter hun stevige ruggen en vlieg heerlijk uit de wind verder naar Sneek. De drie Duimers zouden volgens hun moeder het verstand hebben verloren door besmetting met het zogenaamde ‘brain-virus’. Het eerste computervirus ooit gevonden. Die moeder Duim toch. Onzin, maar leuk verzonnen blijft het.
Net als ik denk dat het tijd wordt om ze maar eens de verkeerde kant op te gaan sturen, schuift de sluwe Ruud Lubbers naar voren. Hij haalt een plan tot opleiding in de ICT, mèt behoud van uitkering, uit zijn rugzak en overhandigt dit aan de sterkste van de drie. Dit geeft zoveel verwarring en discussie binnen het groepje dat ze bij de eerste de beste kluunplek een café binnen moeten om er met hun moeder over te gaan telefoneren. Ziezo, we kunnen dus verder zonder deze weliswaar sterke, maar domme jongens.
Maar nu zit ìk met die geslepen Ruud, die achter mijn rug zijn ICT- opleiding kletsverhalen naar mìj begint te roepen. De bits en bytes vliegen me om de oren. Maar ik trap er niet in. Neen, ik zal hèm eens leren met zijn gewauwel over banen en Ict. En die gelegenheid komt al snel. Vlak voorbij Bolsward gebaart Ruud dat hij dorst heeft gekregen van al zijn gepraat. Ik overhandig hem daarop mijn geheime wapen: een bidon met Italiaanse wijn die is aangelengd met een ietsepietsje methanol. Dàt zal hem leren. En ja hoor, nog voor Harlingen gaat hij, lijkbleek en met heftige krampen naar de kant. Ook van Ruudje zal ik dus geen last meer hebben.
Hola, maar nu even opgepast. Wie komt daar voorbij gestoven? Het is de nog fris ogende Edmond Halley zie ik vanuit mijn ooghoeken. En hij gaat er als een komeet van door.
Maar gelukkig! Net als in 1901 gaat hij veel te hard en vliegt even verderop in een flauwe bocht compleet uit de baan en verdwijnt uit het zicht. Een ijswolk van opstuivende sneeuw achter zich aan werpend. ‘Die zien we voorlopig niet meer terug’, roep ik tegen het inmiddels flink uitgedunde groepje koplopers.

Enfin, en de rest is geschiedenis.
Of ik de de kleine Maradona keihard uit de baan (en tegen een koek-en-zopie) zou hebben geduwd? Irrelevant. Goed het was mìjn hand die te zien was op de tv- beelden. Maar ik zeg jullie, alles gebeurde in een reflex. Het was dus eigenlijk meer ‘The Hand Of God’ die het lot van die kleine bepaalde.
En dat ik het op een akkoordje zou hebben gegooid met de laatst overgebleven kanshebber Greg Lemond? Waanzin! Ik zou hem hebben beloofd dat ik hem daarop zou helpen de tour de France te gaan winnen? Lariekoek. Je reinste lariekoek mensen.

Maar wie het niet geloven wil allemaal, mag gerust een keer bij mij thuis het gewonnen gouden- elfsteden- horloge komen bekijken. En wie het dàn nog niet geloven wil. Nou die gelooft het dan maar lekker niet. Het leven gaat toch wel door. Wat ik je brom.

Blogarchief